"David stierf en werd begraven in de Davidsburcht" Gedenkteken van Davids hart was niet trots, niet hoogmoedig zijn blik, zijn voeten stonden op effen grond als een nederig man, tot het moment waarop zijn ziel naar huis geroepen werd, nam hij haar zoals ze was, vrij van armoede, de verdienste van zijn rechtvaardigheid staat hem bij voor zijn Maker, de geachte vooraanstaande aanzienlijke heer David zoon van wijlen de oude aanzienlijke bestuurder en leider de heer Kalman Renz zts''l, overleden op de vooravond van donderdag 7 Av en begraven op de dag zelf in het jaar [5501] "ik mag wandelen in het land der levenden onder het oog van de Eeuwige" |