Zij was de echtgenote van (22)064 en de moeder van (22)090, (22)108, (22)131, (22)144 en (400)a39-06.
Familysearch digitaal huwelijk Amsterdam 31-12-1834 Bruidegom: Samuel Vlessing Geboorteplaats: Purmerend Leeftijd: 18 Beroep: Koopman Bruid: Rosetta Philip Elte Geboorteplaats: Amsterdam Leeftijd: 19 Beroep: dienstbaar Vader van de bruidegom: Elias Samuel Vlessing Beroep: Koopman Moeder van de bruidegom: Mietje Hartog Nathan Vader van de bruid: Philip Emanuel Elte Moeder van de bruid: Sipre Salomon Cohen Gebeurtenis: Huwelijk Datum: woensdag 31 december 1834 Gebeurtenisplaats: Amsterdam Documenttype: BS Huwelijk Erfgoedinstelling: Noord-Hollands ArchiefNoord-Hollands Archief Plaats instelling: Haarlem Collectiegebied: Noord-Holland Aktenummer: Reg.6 fol. 117v Registratiedatum: 31 december 1834 Akteplaats: Amsterdam Aanvullende details: Voor kinderen zie (22)064. Gegevens ouders vlg. database van Ashkenazisch Amsterdam bij Akevoth:
Philip Fijtel Emanuel Elte, birth 1775 Amsterdam, Source Source, son of Emanuel Menachem-Man Marcus Mordechai Elte and Roosje Reizche Philip Feidel Rood Roit(er) Married 1800 Amsterdam, dtb 646/224; witn.groom: f.Emanuel Marcus; witn.bride: f.Salomon Alexander Cohen. to: Sipora Shifra Salomon Zalman Grewel Cohen-Monnikedam, birth 1777 Amsterdam, died 1819 Amsterdam, Muiderberg cemetery: on 21 Sivan 1819 - Sipora/Shifra Salomon Cohen, wife of Fijtel Elte., Source Source, daughter of Salomon Sander Grewel Cohen-Monnikedam and Judith Jetta Hijman Braatbaard
Tevens ontleend aan:-
Website:-http://www.irenemaas.nl/pages/Huizinga/Ziekte.htm
Ziekte en dood op Texel
ZIEKTE EN DOOD OP TEXEL zoals opgeschreven door dominee Huizinga als er bij stond wat ze hadden.
De aldaar verhaalde anecdote over het rouwbezoek is volledig:-
"6 Mei 1871. Bij Samuel Vlessing, zijne vrouw Rosetta 56 jaar oud gisteravond overleden, aldaar Brockmann en vrouw, enz. Troostende gesprekken. Sam erkende wat God doet is welgedaan, schoon zij gezamelijk wel droefenis openbaarden. Gesprekken over de inhoud van het daar liggende Weekblad voor Israelieten, over een boek met gebeden en stichtelijke overdenkingen wat zij mij toonden en zeer prezen. Daar bij ook een gebed als iemand op Sabbath gestorven was, dit gaf aanleiding dat ik vroeg of dit verschil maakte? Antwoord dat dan de treurdagen zoo veel later vielen en alzoo ook de begrafenis. Wij spraken toen ook over de onderhouding der wetten door menschen van gelijken beweging als wij (wat zij schenen toe te stemmen) ons opgelegd waaromtrent ik mijne vrijheid roemde tegenover de dienstbaarheid van anderen, doch ik zeide hierover niet te willen uitweiden, daar ik het onderscheid kende tusschen Godsdienst en de vormen der Godsvereering. Ik wilde naar het lijk zien, maar men zeide dat men het mij niet mogt laten zien. Men ontving mij met veel belangstelling."
|