Het Stenen Archief - Afgerond en lopend onderzoek

[4615]

(104)020
4
Godfried
Vrouwtje
Fradche d.v. Yitschak
Vecht
Mozes Heiman Vecht
Izak Godfried & Rijntje NN
1785
Meppel
20-06-1858
8 Tamoez 5618
Elburg
Elburg
21-06-1858//9 Tamoez 5618
פיה פתחה בחכמה
במנורת המאור
ותורת חסד על לשונה
פ"ט
אשה תמימה היתה בכל דרכיה
בזכות זה תבא לארץ אבותיה
ערב ובוקר וצהרים
התפללה אל אל שבשמים
האשה הצנועה
מרת פראדכה בת כ יצחק ז"ל
אשת משה פעכט ז"ל
נפטרת ביום א ח תמוז
ונקברת ביום ב בו בשנת
תרי"ח לפ"ק

ת נ צ ב ה 


Haar mond opened zij in wijsheid
door de lichtgevende menora
en de leer van de rechtvaardigheid was op haar tong
Hier is geborgen
Een vrouw ingetogen was zij op al hare wegen
Wegens deze verdienste zal zij komen in het land harer vaderen
In de avond, ochtend en de namiddag
Bidde zij tot de God in de Hemel
De bescheiden vrouw
Mevrouw FRadche dochter van de de ge'eerde Yitschak zijn herinnering zij tot zegen
De vrouw van Moshe Vecht zijn herinnering zij tot zegen
Overleden op zondag 8 Tamoez
En begraven op maandag daarvan in het jaar 5618
T N Ts B H 

De verklaring is van het invlechten van de verwijzing naar de menorah met de symbool is waarschijnlijk de volgende:-

:de symbolica van Menorath Hamaor refereert waarschijnlijk aan het boek met die naam, 
vervaardigd door Rabbi Jitschak Aboehab in 1513/4, een boek van moesar (zedenleer), 
v.n.l. gebruikt door dames, die niet echt mochten lernen. (Tora bestuderen)
Dat boek werd door R' Moshe Frankfort in Amsterdam voorzien van een verklaring 'Nefesj Jehoeda', 
en van een vertaling naar het jiddisj (Amsterdam 1701). 
Dat was de litteratuur voor erudiete Joodse vrouwen.


Bovenspreuk:-Spreuken 31:26
[Bron:-wiewaswie.nl]
Overlijden:-
Akte #30 Elburg #21-06-1858

Het geboortejaar vlg. leeftijd bij overlijden.
Echtgenote van (104)007, moeder van (104)037, (104)060 (104)071 en grootmoeder van (104)044,  (164)09-08, (205)101, (159)b13-05, (159)f06-13, (400)a35-29 en (400)c06-064.

In de overlijdensakte gespeld Vroudje. 
2020/07/02
bnnch