Zij was echtgenote van (178)351403, moeder van (178)351320 en schoondochter van (178)351210.
Bron: Burgerlijke Stand - HuwelijkGemeente: Noordbroek Datum: 24-04-1879 Aktenr: 3 Bruidegom: Freerk Hoogstraal (koopman) Leeftijd: 24 jaar Woonplaats: Appingedam Geboorteplaats: Appingedam Bruid: Engelina Wolf Leeftijd: 24 jaar Woonplaats: Noordbroek Geboorteplaats: Noordbroek Vader bruidegom: Koppel Freerks Hoogstraal (koopman te Appingedam) Moeder bruidegom: Brandje Salomons Cohen, overleden Vader bruid: Simon Wolf (koopman in Noordbroek) Moeder bruid: Trijntje Mozes Schrijver (koopvrouw in Noordbroek)
Engelina overleed kort na de dood van haar tiende kindje, Leonard Moses, dat maar acht dagen heeft geleefd.
https://www.joodsmonument.nl/nl/page/136756/salomon-hoogstraal Haar zoon Salomon Hoogstraal, geboren op 17-01-1887 te Appingedam en kok van beroep, is op 56-jarige leeftijd in Neukirch vermoord op 09-05-1943. Zijn echtgenote Bruintje Simmeren is op 14-05-1943 in Sobibor vermoord. Hun laatste adres was Folkingestraat 37 in Groningen, waar ze woonden met hun zoons Ephraim (banketbakker) en Freerk (banketbakker en kok) die op 15-01-1943 en op 13-01-1943 in Auschwitz zijn vermoord. Zijn dochter Engelina van der Hal-Hoogstraal is op 21-05-1943 in Sobibor vermoord, tegelijk met haar dochtertje Roosje, dat op 17-03-1942 in Groningen werd geboren. Roosje werd eind januari vanuit Westerbork voor verpleging gestuurd naar het Academisch Ziekenhuis te Groningen. Na haar genezing werd ze weer naar Westerbork teruggebracht. (https://www.joodsmonument.nl/nl/page/26236/roosje-van-der-hal)
https://www.joodsmonument.nl/nl/page/125220/jacob-hoogstraal Haar zoon Jacob Hoogstraal is op 17-11-1893 in Appingedam geboren en op 31-03-1944 in Midden-Europa vermoord, tegelijk met zijn zoon Leonard. Jacobs echtgenote Kaatje Cohen is tegelijk met hun dochter Engelina op 19-10-1942 in Auschwitz vermoord.
Aanvullende informatie: In De Joodse Gemeenschappen in Hoogezand-Sappemeer, Slochteren,Noord- en Zuidbroek en Omliggende Dorpen 1724-1950 (Mr J.H. De Vey Mestdagh Stichting) wordt het volgende geschreven over Engelina en haar moeder Trijntje in de Joodse gemeente van Noordbroek: "In september 1894 was namelijk een Israëlitische vrouwenvereniging of chevre opgericht. De leiding was aanvankelijk in handen van twee schoonzussen Rachel Wolf-de Vries, de vrouw van Mozes, en Trijntje Wolf-Schrijver, die met Simon getrouwd was. Rachel was voorzitster en Trijntje secretaresse van de chevre." "Trijntje Wolf bleef slechts acht maanden in functie: begin mei 1895 stierf ze op negenenzestigjarige leeftijd." "In het Centraal blad voor de Israëlieten en het Nieuw Israëlitisch Weekblad verscheen een In Memoriam, waarin Trijntje geroemd werd als een vrome vrouw voor wie in stilte weldoen een tweede natuur was. Haar overlijden betekende een tweede zware slag voor de familie. Men had juist de week rouw na het overlijden van de oudste dochter van Trijntje en Simon Wolf achter de rug. ... Ze liet een man en en negen kinderen achter, waarvan de oudste dertien jaar oud was."
|